Vakkennis is afwijken
- 1 dec 2017
- 2 minuten om te lezen
Fysiotherapeuten besteden 26% van hun werktijd aan administratie, zo blijkt uit onderzoek van de denktank (Ont)Regel de Zorg. In een werkweek van ongeveer 43 uur gaat elf uur op aan administratie. Acht uur per week alleen al om te voldoen aan de voorwaarden van de zorgverzekeraar. En zoals de denktank constateert: administratie leidt tot frustratie bij de fysiotherapeut niet tot betere zorg.

De enorme administratiedruk, ik spreek van ballast, komt vanuit het wantrouwen van zorgverzekeraars. Fysiotherapeuten geven aan dit als belangrijkste oorzaak te zien. Of zoals een fysiotherapeut in Eindhoven tijdens dit onderzoek aangaf. āHoe goed je als fysiotherapeut je patiĆ«nten ook helpt, op papier is het onmogelijk om het goed te doen.ā
We gaan nu de administratie schrappen. Er is zelfs een heuse āschrapconferentieā georganiseerd door de VvAA. Waar zelfs de nieuwe minister van VWS, Bruins, zijn toespraak eindigde met: āschrappen maarā. Heel goed initiatief, mooie woorden, maar de contracten die we allemaal weer āaangebodenā hebben gekregen, getuigen nog helemaal niet van āschrappenā. Sterker nog over het algemeen zijn eisen nog verder aangescherpt en pakketten verder uitgekleed.
āVroeger behandelden we nog veel mensen tegelijk en zetten we ze aan de UKG of Infrarood, maar juist op dit gebied zijn we erg verbeterdā, aldus ƩƩn van de deelnemende fysiotherapeuten. āRichtlijnen, protocollen en verwetenschappelijking zijn enorm toegenomen.ā Verwetenschappelijking, het was onze (primaire) reactie op de toenemende macht van de zorgverzekeraars. Het lijkt of ons vak steeds beter onderbouwd is, maar onderbouwen wij wel via de goede wetenschappelijke weg?
āHoe goed je als fysiotherapeut je patiĆ«nten ook helpt, op papier is het onmogelijk om het goed te doen.ā
āBody of knowledgeā is prima en natuurlijk ontwikkelt zich een vakgebied verder, meer we zijn vergeten dat fysiotherapie niet direct ontwikkelt door wetenschappelijk onderzoek. Keiharde data via een goed RCT troebleert āons fundamentā.Hoe wetenschappelijk onderbouwd de richtlijnen en protocollen van de fysiotherapeut ook zijn, ze zijn gemaakt voor āde gemiddelde patiĆ«nt.ā De diversiteit van de patiĆ«ntenpopulatie van de fysiotherapeut valt niet onder ƩƩn richtlijn te brengen. Juist het inzicht dat afwijken van de richtlijn noodzakelijk kan zijn, getuigt van vakkennis. Maar ja voor een zorgverzekeraar klinkt richtlijn en protocol als āmuziek in de orenā. Daar kun je als zorgverzekeraar weer handige financiĆ«le tools voor bedenken als behandelindexen en omzetplafonds. Onze empirisch gedachtegoed of tegenwoordig in goed Nederlands: āBest Practiceā, is helemaal naar de achtergrond geraakt.
Collegaās die in het openbaar met elkaar sparren over bepaalde klachten en/of aandoeningen. Delen van ervaringen en expertise is niet populair. Collegaās durven eigenlijk geen case reports te publiceren, bang dat ze niet voldoen aan het de ālevel of evidenceā.
In de praktijk zien we vaker dat een onervaren collega, die volledig werkt volgens richtlijnen en protocollen, beter gewaardeerd wordt dan een ervaren collega. In welk vakgebied werkt dat ook zo?
Natuurlijk is de administratiedruk fors en moet dat terug (wie vindt dat trouwens niet), maar ben bang dat dit vraagt om een ander zorgstelsel (een lange en ingewikkelde weg). Voor mij persoonlijk, is fysiotherapie als harde wetenschap beschouwen de verkeerde weg.
Samen op weg naar de best practice!
Komentar