top of page

Gespecialiseerd specialisme

Leestijd: ongeveer 3 minuten

De afgelopen maand stond in het teken van ontmoeten, discussie en verdieping. Goed om te doen en te weten waar de markt en de collega’s zich mee bezig houden. Ik heb mooie nieuwe initiatieven, ideeën en wensen, maar ook enorme verdeeldheid gehoord. Nu is verdeeldheid ‘an sich’ geen verkeerd fenomeen, maar de eigen verdeeldheid zo breed uitdragen door collega’s is strategisch erg onhandig.

Op 21 maart was ik ‘toeschouwer’ bij de ronde tafel conferentie van ABN-AMRO. Op de Amsterdamse Zuidas werden we zeer goed ontvangen in het prachtige hoofdkantoor van deze bank. “Geen gek gebouw voor een voormalige staatsbank”, dacht ik nog terwijl ik stond te wachten in de imposante ontvangsthal. Eenmaal binnen warden aan de hand van stellingen flink wat stakeholders bevraagd. Helaas (maar logisch) berijdt ieder

een zijn eigen stokpaardje. Dat maakte de discussies vooral een uitwisseling van standpunten. Grote diversiteit, altijd lastig.

Een stelling met het thema innovatie wordt door een ondernemer, een opleidingsinstituut, een wetenschapper, een zorgverzekeraar en/of het KNGF heel anders opgepakt. Ik heb veel geleerd van de Australische Prof Paul Hodges, een vooraanstaand onderzoeker op het gebied van motor control. Zijn boodschap: ‘Gewoon behandelen met alle bagage en de beste intenties die je in je hebt, kritisch zijn en continu op zoek om eventuele patronen te ontdekken. Vooral continu evalueren. Hij vond dat wij de weg andersom lijken te bewandelen. Eerst evidentie en dan toepassen. Innovatie loopt per definitie altijd voor op wetenschap. Doen, fouten maken, leren en beter doen. Als ondernemer spreekt mij dit aan, voor de onderzoeker gelden natuurlijk andere waarden. Doen, fouten maken, leren en beter doen

De stelling met het thema specialisatie was tekenend hoe we momenteel om gaan met het fundament van ons vak. Er ontstaat meer en meer superspecialisatie. Persoonlijk begrijp ik de argumenten, maar maak dan niet tegelijkertijd van de algemeen practicus een lege huls. Fysiotherapie is al een specialisme. Per definitie is een fysiotherapeut gespecialiseerd in schouders al een specialist binnen een specialisme. Bij complexe klachten kan ik me voorstellen dat een superspecialist nodig kan zijn. Maar een algemeen practicus is prima in staat om zelf te bepalen wanneer zijn collega, de superspecialist al dan niet inzetbaar is. Doorverwijzen zou in zo’n geval de beste manier zijn.

De superspecialist ziet alleen de klachten waarin hij/zij gespecialiseerd is. Hoe meer je ziet, hoe beter je wordt. De algemeen practicus doet waar hij/zij zich het beste in voelt.

Ik merk te vaak dat superspecialisten geneigd zijn ervaring in handelen terzijde te schuiven. Overal wordt ervaring en senioriteit enorm gewaardeerd. Ervaring is minimaal net zo belangrijk als evidentie. Omarm en leer van elkaar, maar ga niet vertellen dat de ene collega niks is en de ander veel beter.

Bij het thema kwaliteit hoor ik weer veel te vaak: ‘Ik lever dus betere kwaliteit’. Heel vaak wordt dan de kwaliteit bedoeld die de zorgverzekeraar heeft bedacht en al dan niet verplichtend heeft opgelegd.

Natuurlijk wil je weten hoe de patiënt jouw zorg evalueert. Dat wil je als ondernemer en behandelaar weten, maar toch niet omdat het afhangt van wel/niet een contract met een zorgverzekeraar. Trouwens jouw gehele vak zo inrichten rondom zorgverzekeraars blijft voor mij een vreemd fenomeen. Er was een zorgverzekeraar bij de discussie aanwezig. Wat mij betreft de exponent van de werkwijze van de zorgverzekeraars. Rustig achter overhangend was het antwoord steeds: “Als het aantoonbaar bezuinigt, krijgen jullie de helft.” Of als het over pakketten gaat: “Tja daarvoor moet je bij de politiek zijn.”

Het is een slimme bedrijfsstrategie natuurlijk. Je laat een beroepsgroep zelf investeren in minder behandelen met goede evidentie en je geeft de helft van die investering terug (die je later toch weer kort onder het mom dat de zorg onbetaalbaar wordt). Je laat ze ook nog onderling een strijd voeren en je kunt toe slaan. Macrobudgettair is er niet ineens meer geld beschikbaar. Waar de zorgverzekeraar teveel moet belonen voor jouw kwaliteit, kun je verwachten dat de door jouw geleverde kwaliteit steeds minder gewaardeerd wordt. Dat is geen doemscenario, dat gebeurt gewoon. Logisch: het is het werkmodel van de zorgverzekeraar. Er is absoluut geen sprake van – zoals dat tegenwoordig mooi heet – een ‘level playing field’.

Maar wat tegelijkertijd weer heel mooi is dat ik – als ik dit voorwoord schrijf – net dé zaterdag achter de rug heb van het NVMT symposium. Een uitverkocht symposium met 550 collega’s op Papendal. Hulde voor de NVMT. In deze tijd zoveel collega’s raken met waar het in feite allemaal om te doen is: de inhoud van ons mooie vak. Prachtig!

Comments


Recente berichten
Archief
Zoeken op tags
Volg ons
  • Facebook Basic Square
  • Twitter Basic Square
  • Google+ Basic Square
bottom of page